De technisch student van tegenwoordig stapelt veel, van niveau 2 naar 3 naar 4. Gaat, omdat de behoefte uit de markt zo groot is, al werken zonder zijn of haar opleiding te hebben afgerond. Maar komt naar verwachting ook weer terug om dat diploma alsnog te halen. Tai-Chow Andrae, manager onderwijs Techniek en Bouw voor het Onderwijs bij Vonk Onderwijs: ‘Dit past prima bij een leven lang ontwikkelen, waarbij studenten zich niet alleen verder ontwikkelen, maar soms ook een zijstapje wagen of zelfs een carrièreswitch maken binnen de techniek.’
In 2022 smolten het Clusius College (mbo- en vo-instelling) en ROC Kop van Noord-Holland samen tot Vonk Onderwijs. Tai-Chow Andrae strooit de cijfers in het rond: ‘In totaal heeft Vonk 17 verschillende locaties, van Purmerend tot Den Helder, waar we met 1.400 collega’s meer dan honderd verschillende opleidingen aanbieden. Dat maakt Vonk dé beroepsopleider van Noord-Holland Noord.’
In zijn eigen technieksector (met onder andere Service & Onderhoud, middenkader Engineering, Metaal/Werktuigbouw en Mechatronica als opleidingen) ziet Andrae de enorme behoefte aan technische studenten die ze opleiden: ‘Bijvoorbeeld vanuit de scheepsbouw, Defensie en de offshore. We doen dat opleiden overigens vaak samen met bedrijfsvakschool Tetrix Techniekopleidingen, waarmee we op de locatie Den Helder in hetzelfde gebouw zitten.’
Minder tijd
Naast de beroeps opleidende leerweg BOL (vier dagen school, één dag bij een leerbedrijf) biedt Vonk ook de BBL (beroeps begeleidende leerweg) aan, waarbij de student vooral bij een leerbedrijf de opleiding volgt. De laatste jaren is er een nieuwe tendens op komst, omdat leerbedrijven bijzonder druk zijn en minder tijd hebben voor begeleiding. ‘Het begeleiden neemt Tetrix dan van ze over, als verlengstuk van de beroepspraktijkvorming’, vertelt Andrae. ‘Waarbij Vonk verantwoordelijk blijft voor de diplomering.’ Andrae staat vierkant achter deze manier van samenwerken. ‘Ooit dachten we concurrenten van elkaar te zijn, nu ervaren we dat roc’s, leerbedrijven en bedrijfsvakscholen een mooie drie-eenheid vormen, met veel uitwisseling en korte lijnen.’
Kruisbestuiving
De samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven zal alleen maar groeien, is Andrae’s overtuiging. Bijvoorbeeld vanwege de flexibilisering van de arbeidsmarkt en de LLO (een leven lang ontwikkelen)-verplichting. ‘Je ziet zelfs uitzendorganisaties zich opwerpen als opleider, geïnitieerd door de personeelsnood.’ De manager onderwijs denkt dat LLO voor de toekomst betekent dat opleiden en werken elkaar steeds opnieuw het estafettestokje gaan doorgeven. ‘De tijd dat je eerst je volledige opleiding afmaakte, om daarna als allrounder in een bedrijf mee te draaien, ligt achter ons. Er zijn nú mensen nodig. Dus ga je sneller werken, met wat je al geleerd hebt. Vervolgens kom je na een half jaar of een jaar terug om verder te leren.’ Deze insteek zit zeker in het manifest Werken en Ontwikkelen 2030, waarvan Vonk één van de partners is. ‘Die afwisseling tussen werk en school zal niet alleen horizontaal in dezelfde lijn plaatsvinden. We verwachten ook meer zijstappen naar een andere lijn, meer kruisbestuiving. Waar wordt iemand blij van, waar krijgt iemand kansen? Met die insteek krijg je als technisch bedrijf iemand aan boord.’
Samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven zal alleen maar groeien.
Zij-instromers
Andrae ziet veel studenten stapelen. Van niveau 2 naar niveau 3, naar niveau 4: ‘Wanneer je een stap in je carrière wil zetten, bijvoorbeeld richting manager of leidinggevende, is dat hogere niveau vereist.’ Waarbij door de vergrijzing jonge studenten nu ook eerder de kans krijgen om manager of leidinggevende te worden. Tegelijkertijd komt het tekort aan technische mensen steeds duidelijker in zicht. Er zijn nu al meer vacatures dan mensen die in de techniek worden opgeleid. Andrae: ‘We blijven zoeken welke zij-instromers we nog meer zouden kunnen genereren: statushouders, inburgeraars, drop-outs van hbo of havo die de overstap naar de techniek willen maken, et cetera. Maar eenvoudig is dat niet.’
Rendabel
Kunnen andere manieren van werken hierin een (deel)oplossing vormen? Andrae is realistisch: automatisering kan, digitalisering minder. ‘Logistieke processen en procedures zullen door digitalisering en AI wel veranderen, maar er blijft veel handwerk nodig. Robots moeten worden bediend, evenals drones. Operationeel zal het anders worden, maar een reparatie zul je altijd fysiek moeten uitvoeren.’ Automatisering moet bovendien financieel haalbaar en rendabel zijn. ‘Voor een winst van 0.1 fte zet een bedrijf die grote stap niet. Dat gebeurt alleen wanneer je daardoor bijvoorbeeld afscheid kunt nemen van de 24/7 ploegendienst.’
Inschrijvingen
Tussendoor wil Andrae even een harde noot kraken. Waar alles flexibeler wordt of moet worden, blijft de financiering van het onderwijs achter. Mbo-instellingen krijgen betaald op basis van het aantal inschrijvingen per 1 oktober van elk jaar. ‘In een uitzonderlijk geval schrijft iemand zich op 2 oktober in en is binnen een jaar alweer weg. Dan heb je een jaar lang lesgegeven, lokalen gehuurd en materialen verstrekt en je krijgt er niets voor.’ Verder is financiering gebaseerd op klasgrootte, met twintig studenten als uitgangspunt. Zijn die er niet, dan kunnen die lessen in principe niet doorgaan. ‘Dat doen we natuurlijk niet. Zeker niet wanneer we de enige aanbieder in de regio zijn.’
Als laatste stuurt Andrae aan op een andere manier van waarderen, wanneer een student zonder diploma de school verlaat. ‘Mogelijk lukt het op school allemaal niet, maar op stage wel. Dan lever je toch iemand af waar men blij mee is. Zonder diploma, dus als schoolinstelling word je wel gekort. Ook hier zou de focus breder mogen.’ Overigens snapt het ministerie van OC&W deze kritieken. Samen met de mbo-scholen zoekt minister Bruins naar een financiering die stimuleert om meer studenten op te leiden voor tekortsectoren.
Leerlingvolgsysteem
In de samenwerking met bijvoorbeeld Tetrix is volgens Andrae zeker nog winst te behalen. ‘We zijn hierover serieus met elkaar in gesprek. Zo hebben we beiden een studentvolgsysteem, dat zou – rekening houden met AVG-wetgeving – gezamenlijk kunnen. Verder kunnen we onze vaktheorie nog beter laten aansluiten bij de praktijk, of het zelfs samen aanbieden. Dat onze vakdocent lassen erbij aanwezig is, wanneer zijn studenten bij Tetrix aan het lassen zijn.’ Toch is Andrae er nu al bijzonder trots op in de regio een goede partner te zijn van de bedrijfsvakscholen. ‘Die stijgende lijn hebben we te pakken en daar plukken de student, de bedrijfsvakscholen en wijzelf zeker de vruchten van.’